Na een korte, onrustige nacht en een frisse douche stapte ik afgelopen dinsdag, 28 mei, vol spanning, maar met goede moed om 6.10 uur in de auto richting het Anna Ziekenhuis in Geldrop. De grote dag was aangebroken. Het was al druk op de snelweg richting Eindhoven, maar ruim op tijd kwamen we in Geldrop aan. Om 6.50 uur liepen we het ziekenhuis binnen. Rugzak op m'n rug, krukken in de hand, op naar route 90 op de 2e etage.
Ik meldde me aan de balie en werd opgevangen door verpleegkundige Susan, die mij naar mijn kamer bracht en uitleg gaf over het bed, het kluisje en de 'operatiekleding'. Die mocht ik alvast aantrekken. Er was verder nog niemand op de kamer, die 4 bedden telde. Nadat ik me had omgekleed ging ik in bed liggen en nam ik met Susan alle gegevens door. Alle controles werden gedaan. "Mijn bloeddruk zal wel skyhigh zijn", zei ik. "Je ziet er ogenschijnlijk rustig uit", zei Susan. Dat was de buitenkant. Van binnen raasden er allerlei emoties door me heen. "Je bent zometeen als eerste aan de beurt, om 7.30u brengen wij je naar het OK-complex." - Wauw, dat gaat snel. Zo fijn om als eerste aan de beurt te zijn. Ik ging vlug nog even naar het toilet, voor de zoveelste keer.
Het is tijd
Om 7.30u mocht ik afscheid nemen van Archel en werd ik naar de recovery gebracht. Alle eerste patiënten van de dag worden daar opgevangen, omdat daar net wat meer ruimte is dan op de holding. Ik werd ontvangen door recoveryverpleegkundige Margreet. Aan de blik in m'n ogen zag ze dat ik gespannen was. Ze probeerde mij zo goed en zo kwaad als het kon gerust te stellen. En hoe! Wat een fijn mens. Ze prikte een infuus en gaf me antibiotica, sloot me aan op de monitor, plaatste de saturatiemeter op mijn vinger en gaf me naproxen en paracetamol. Nu was het wachten op Dr. Bogie, die nog even langs zou komen. Shit, ik moet weer plassen. Zal ik het ophouden? Nah, dit gaat nog lang duren, geen goed plan. "Margreet, ik heb het gevoel dat ik moet plassen...". Lachend kwam ze even later met de pan aan gelopen. Oké, het zal moeten. Terwijl ik m'n uiterste best deed hoorde ik achter het gordijn de stem van Dr. Bogie. Niet nú! Het plassen lukte me niet. Jammer... Margreet bladderde me en zag dat er 260 ml urine in mijn blaas zat. Op de OK zouden ze me na de operatie nog een keer bladderen en eventueel katheteriseren. Daar zou ik dan toch niks van voelen. Dr. Bogie kwam er nog even bij voor een kort gesprekje. Ik heb in totaal een keer of 5 aan moeten geven om welke operatie en welke knie het gaat. Met stift werd er een pijl op mijn rechterbovenbeen geplaatst. We zijn startklaar.
Naar de operatiekamer
Even later werd ik door de anesthesieverpleegkundige naar operatiekamer 6 gebracht, waar ik vanuit mijn bed mocht overstappen op de operatietafel. Ik keek zó op tegen de ruggenprik. Als die er eenmaal in zat, wist ik dat ik kon ontspannen. Het was koud op de operatiekamer. In combinatie met de zenuwen zorgde dit ervoor dat ik begon te rillen. Anesthesist Kathleen kwam erbij. Ze was op de hoogte van mijn mindere ervaringen met de ruggenprik, stelde mij gerust, hield ontzettend veel rekening met mij en gaf iets via het infuus waar ik iets meer ontspannen van zou raken. Wat een heerlijk spul was dat! Ik ging rechtop zitten met een bolle rug, tussen mijn armen voor mij een kussen geklemd en twee OK-assistenten die mijn schouders vasthielden. 1, 2, 3 daar komt de prik. Het viel me reuze mee. Voordat ik het wist zat de ruggenprik erin en was het wachten tot de verdoving z'n werk zou gaan doen. Dat duurde overigens een hele tijd. Tijd die Dr. Bogie o.a. gebruikte om mijn MRI nog eens te bekijken en om wat testen uit te voeren. "Die knie kraakt goed, hè", zei hij toen hij mijn knie van buiging naar strekking heen en weer bewoog. "We gaan zo eens even kijken."
De operatie
Om 8.40 uur werd de eerste incisie gemaakt door Dr. Bogie. Er werd een stuk hamstringpees weggenomen. (voor de kenners: Semitendinosus (ST)). Hier werd een nieuwe kruisband van geprepareerd (quadruple, 9mm graft). In de tussentijd werd mijn knie van binnen geïnspecteerd. Op het scherm kon ik meekijken. Door alle video's die ik ter voorbereiding op deze OK al had gezien, wist ik tamelijk goed waar ik naar keek. Er zat een stukje afgescheurde kruisband in de weg. Dat moest eerst opgeruimd worden. Dat stukje zou goed de reden kunnen zijn van mijn aanhoudende klachten én het feit dat ik nog altijd moeite had met volledig strekken. Ik wíst en voelde wel dat er iets in de weg zat! Beide menisci zijn godzijdank intact. De buitenmeniscus had een klein rafeltje, maar niets noemenswaardigs. Wat een opluchting.
Dr. Bogie wilde verder gaan met de Lemaire en maakte een incisie aan de buitenzijde van mijn knie. "Au!", riep ik. "Dat doet pijn!" - De anesthesiemedewerker reageerde alert en binnen de kortste keren kreeg ik weer een cocktail door mijn infuus. Dr. Bogie vervolgde even met iets anders, voordat hij terugkeerde naar de buitenzijde.
De exacte volgorde van de operatie staat mij niet meer helemaal bij. Er gebeurde veel en ik probeerde zoveel mogelijk te registreren. "Cindy, ben je nog aan het kijken?", vroeg Dr. Bogie tussendoor. Jazeker! Ik vond het echt fascinerend om te zien. Het 'stofzuigertje' die alle rotzooi in m'n knie opruimde, het maken van de boortunnels in mijn onder- en bovenbeen, de nieuwe kruisband op z'n plek. Dr. Bogie was tevreden met de 9mm graft. "Kijk dan", zei hij, "hij blinkt zelfs helemaal. Hier moeten we een foto van maken!" De manier waarop hij het zei maakte mij duidelijk dat hij tevreden was met het resultaat. Ook met de Lemaire-procedure. De ingreep verliep voorspoedig. "We gaan sluiten", zei Dr. Bogie. Aan de voorzijde heb ik niets gevoeld van het hechten, maar aan de buitenzijde was mijn huid nog steeds niet helemaal goed verdoofd. Ik voelde continu de prikken van het hechten, maar besloot er niets meer van te zeggen.
Bladderscan
Toen de wonden waren gehecht en het drukverband was aangelegd, deed de anesthesieverpleegkundige nog een check met de bladderscan. Er zat inmiddels 700 ml in mijn blaas. Boven de 500 ml gaan ze katheteriseren. Ach, ik liet het maar allemaal over me heen komen, want ik had er toch geen invloed op. Ze hebben vast ergere dingen gezien en bovendien had ik geen gevoel dankzij de ruggenprik, dus merkte ik er toch niks van.
Naar de uitslaapkamer
Nadat ik weer in mijn eigen bed werd gelegd, werd ik omstreeks 10.00 uur terug naar de uitslaapkamer gereden. Hier zou ik nog even blijven voordat ik terug naar de afdeling zou gaan. Ik keek wat rond, maar zag vooral mensen die sliepen / uit narcose kwamen. Gelukkig mocht ik om 10.45 uur terug naar mijn eigen kamer. Vóórdat ik de recovery verliet, bedankte ik Margreet voor de goede zorgen en zei ik dat ik hoopte haar, in ieder geval hier, niet meer te zien...
Terug op de afdeling
Eenmaal terug mocht ik eindelijk weer wat eten en drinken. Ik was wat misselijk en had hoofdpijn, misschien ook wel doordat ik al zo lang nuchter was. Ik bestelde twee sneetjes brood en een kopje thee. Dat ging er goed in. Nu was het wachten op het uitwerken van de ruggenprik. Rond de klok van 11.15 uur begon het eerste gevoel een klein beetje terug te komen. Mijn tenen kon ik heen en weer wiebelen. De verpleegkundige had aangegeven dat dit bekend staat als een pijnlijke operatie en dat ik direct aan de bel moest trekken als ik pijn begon te voelen. Daar hadden ze immers iets voor. Naarmate de tijd vorderde kreeg de verpleegkundige gelijk. De pijn nam snel toe. En hóe. Mijn been stond in de fik. Ik wist me bijna geen houding te geven, maar wilde ook niet te snel aan de bel trekken. Het gordijn tussen mij en de patiënt naast me was dicht, dus ik lag lekker alleen. Niemand die me zag. Even op de tanden bijten. Het komt vast goed. Dacht ik. Ik zocht afleiding op mijn telefoon. Om 11.45 uur heb ik toch maar op de bel gedrukt, met de vraag of ik iets voor de pijn kon krijgen. Ik kreeg een tabletje oxycodon. Als de pijn binnen 45 minuten niet af zou nemen, zou ik er nog een krijgen. Kak man, wat een ellende. De pijn nam niet af. Hoe meer gevoel er terugkwam, hoe erger de pijn werd. Om 12.45 uur heb ik nog een tabletje oxycodon gehad. Inmiddels moest ik ook plassen. Ik werd uit bed geholpen. "Waar ben ik toch aan begonnen?", vroeg ik mezelf hardop af. Een heel normale en vaak gehoorde reactie volgens de verpleegkundige. Op krukken strompelde ik naar de wc. Het plassen lukte. Mooi! Als we de pijn nu onder controle krijgen, mag ik naar huis. Positief puntje: toen ik het gevoel in mijn benen terug kreeg checkte ik direct of ik mijn quadriceps kon aanspannen. Dat lukte, wauw!
Naar huis. Of toch niet?
De oxycodon deed zijn werk. Ik kon wat meer ontspannen en kreeg weer wat meer praatjes. Archel was inmiddels onderweg naar het ziekenhuis om mij op te halen. Mijn infuus werd verwijderd, ik werd in mijn gewone kleding geholpen, mijn schoenen werden aangetrokken en mijn spullen gepakt. Ik kon niet wachten om weer thuis te zijn. Om 14.00 uur werd ik uit bed geholpen en in een rolstoel gezet. Een vlaag van hevige pijn overviel me. Ik werd kotsmisselijk, voelde me helemaal niet goed. "Gaat het wel?", vroeg de verpleegkundige. "Ja hoor, het gaat wel", antwoordde ik terwijl ik de pijn verbeet. Maar de verpleegkundige las iets anders van mijn gezicht af en liet me niet gaan. Ik kon wel janken. Ze legde me terug in bed om even bij te komen. De pijn nam weer toe. Drie kwartier later heb ik gevraagd of ze me hiervoor nog iets konden geven, zodat dit kon inwerken en ik alsnog naar huis zou kunnen gaan. Helaas zat ik al op de max van paracetamol, naproxen én oxycodon. De verpleegkundige had inmiddels ook al met de anesthesist overlegd en ik mocht terug naar de OK voor een zenuwblokkade. Wacht even... dit gaat wel erg snel. "Ik ga hier echt geen nacht blijven, ik wil naar huis", zei ik. "Met dat zenuwblok mag je naar huis." - Daarmee was de keuze snel gemaakt. Mijn gewone kleding werd vervangen door operatiekleding en tien minuten later, om 15.15 uur, werd ik naar de recovery gereden.
Zenuwblokkade
Ik was teleurgesteld en baalde als een stekker. Van de situatie, maar misschien nog wel meer van mezelf. Hoe kan dit nou? Ik kan heus wel tegen een stootje. Maar deze pijn ging door merg en been, zó heftig. Toen ik de recovery op werd gereden stond Margreet daar. Ze was super lief en zorgzaam. Ik schaamde me dood, zou me het liefst verstoppen onder mijn deken. Er rolde een traan over mijn wang. Deze dag is echt too much. Ook anesthesist Kathleen kwam er weer bij en gaf uitleg over het zenuwblok. Alvorens hiermee aan de slag te gaan, werd er een nieuw infuus geprikt. Met een echo ging Kathleen in mijn bovenbeen op zoek naar de zenuwen richting mijn knie. Ze zou niet mijn hele knie kunnen verdoven, maar slechts een deel daarvan (de buitenzijde niet). Maakt me niet uit, als het maar minder wordt, dacht ik bij mezelf. Toen ze de juiste plek had gevonden, zag ik de naald tevoorschijn komen. Godsamme, wat een exemplaar. Ik sloot mijn ogen, want wilde er niets van zien. Mijn ademhaling probeerde ik onder controle te houden. Rustig inademen door de neus, rustig uitademen door de mond. Het aanprikken ging goed. Het zou een minuut of 20 tot een uur duren tot ik iets van de verdoving zou merken. Na ongeveer een half uur vlakte de pijn wat af. Mijn grimas veranderde, raakte iets meer ontspannen en er kon zelfs een glimlach vanaf. Dr. Bogie kwam er ook nog even bij en zei dat een blokverdoving bij deze operatie helemaal niet gek is. Met andere woorden: ik moest me er dus maar niet rot om voelen. Margreet gaf me een waterijsje, die ik op m'n gemak oppeuzelde. Om 16.15 uur mocht ik terug naar de kamer, waar de laatste controles werden uitgevoerd.
Naar huis
Om 16.45 kwam er eindelijk groen licht om naar huis te gaan. Het infuus werd verwijderd, ik werd weer in mijn eigen kleding gehesen en in de rolstoel gezet. Deze keer met succes. Nu was het écht tijd om naar huis te gaan. Om 18.00 uur lag ik thuis op de bank. En zo kwam er een einde aan een lange, intensieve dag...
Inmiddels zijn we bijna een week verder. In de volgende blog ga ik alles vertellen over de eerste uitdagende periode na de operatie, want jeetje, deze operatie is geen grap.
Voor nu een groot woord van dank aan alle zorgmedewerkers die mijn verblijf in het ziekenhuis draaglijk hebben gemaakt. Ik heb mij begrepen en gehoord gevoeld. De kwaliteit van de zorg lag hoog. Duizendmaal dank voor alle goede zorgen!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten